Understand spoken Dutch

Verbs (past participle) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
The cover of the book caught my attention.

De omslag van het boek trok mijn aandacht.

I had good teachers.

Ik heb goede leerkrachten gehad.

I felt myself being pulled towards the abyss.

Ik voelde me naar de afgrond getrokken.

His eccentric behavior drew a lot of attention.

Zijn zonderlinge gedrag trok veel aandacht.

This project has regained momentum.

Dit project heeft weer schwung gekregen.

The plan hasn’t been approved yet.

Het plan is nog niet goedgekeurd.

Here an old woman lived with her cat and her chicken.

Hier woonde een oude vrouw met haar kater en haar kip.

There she sat, under the beautiful Christmas tree

Daar zat zij nu onder de heerlijke Kerstboom

The plan has yet to be approved.

Het plan moet nu nog goedgekeurd worden.

She’s really pissed off that she wasn’t given a raise.

Ze is echt nijdig dat ze geen loonsverhoging heeft gekregen.

She had taken beautiful pictures of the animals in the zoo.

Zij had prachtige foto’s getrokken van de dieren in de dierentuin.

It rushed into the water, plunged in and swam towards the beautiful swans

En het snelde naar het water, plofte er in en zwom naar de prachtige zwanen toe

He felt somewhat disappointed by the outcome.

Hij voelde zich enigszins teleurgesteld door het resultaat.

No one had bought any from her the whole day, nor had anyone given her even a penny.

Niemand had er de hele dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.

it was sad because it looked ugly and was mocked by everyone else

het was treurig, omdat het er lelijk uitzag en door al de anderen bespot werd

No one had bought one from her all day, no one had even given her alms.

Niemand had er den heelen dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.

By the morning the wild ducks flew up and looked at their new companion.

Tegen de morgen vlogen de wilde eenden op en bekeken haar nieuwe kameraad eens.

And that is what they did; but the other ducks around looked at them and said to each other:

En dat deden zij; maar de andere eenden in de rondte bekeken ze en zeiden tegen elkaar:

Tom kicked Mary.

Tom schopte Maria.

I got suspended.

Ik werd geschorst.