de blik
de bliksem
de blikvanger
De blikvanger in de tuin is de fontein.
de bloem
de bloemen
de bloemkool
de bloesem
de blouse
de bocht
de bochten
de bodem
de boeken
de boekhouder
de boer
De boer heeft zijn tractor in de schuur geparkeerd.
de boerderij
de boerderijen
de boeren
de boerenhut
de boerenkind’ren in de klas
de boete
De boetes voor hardleerse snelheidsovertreders stijgen.
de boetieks
de bol
De bol van de radijs wordt meestal rauw gegeten.
de bolhoed
de bom
de bombardementen
de bomen
De bomen bewogen mee op de ruisende wind in het bos.
De bomen bieden beschutting tegen de zon.
De bomen langs de laan zijn prachtig in de herfst.
de bommelding
de bommen
de bon