"will (singular)" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Tom will fail.	Tom zal falen.
	I will do my best.	Ik zal mijn best doen.
	I know Tom will try to do that.	Ik weet dat Tom zal proberen om dat te doen.
	I think it will be powerful	Ik denk, dat het wel krachtig zal worden
	I’ll consider it.	Ik zal het overwegen.
	When will the next concert happen?	Wanneer zal het volgende concert optreden?
	He will come afterwards.	Hij zal nadien komen.
	He will walk to school.	Hij zal naar school lopen.
	Tom will explain it to you.	Tom zal het je uitleggen.
	He’ll show up soon.	Hij zal spoedig komen opdagen.
	Tom will improve.	Tom zal verbeteren.
	I’ll ask Tom tomorrow.	Ik zal het Tom morgen vragen.
	Have a drink, and you’ll feel better.	Drink iets en je zal je beter voelen.
	I’ll show you a few pictures.	Ik zal je een paar foto’s laten zien.
	He will always have that scar.	Dat litteken zal hij altijd houden.
	The redevelopment of the park will take several months.	De heraanleg van het park zal enkele maanden duren.
	He will not be able to do the work.	Hij zal het werk niet aankunnen.
	Tom will have nightmares.	Tom zal nachtmerries krijgen.
	it will be especially beneficial to get out again	het zal vooral deugd doen om weer buiten te komen
	The judge will make a ruling concerning the case.	De rechter zal een uitspraak doen inzake de zaak.