Understand spoken Dutch

Verbs (Present tense, 3rd person singular) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
You’ll have to establish residence here before you can vote.

Je moet je hier permanent vestigen voor je mag stemmen.

He constantly criticizes other people.

Hij bekritiseert voortdurend andere mensen.

Can you recommend any vegetarian dishes?

Welke vegetarische gerechten kan je aanbevelen?

A loan for a car is sometimes necessary.

Een ontlening voor een auto is soms noodzakelijk.

Tom is scheduled to be sentenced on October 20th.

Toms veroordeling staat gepland op 20 oktober.

The measure is a preventative action against cheating.

De maatregel is een preventieve actie tegen spieken.

I feel dizzy every time I get up.

Telkens wanneer ik recht sta, voel ik mijn hoofd draaien.

A torch is a stick that gives light by means of fire.

Een toorts is een stok die door middel van vuur licht geeft.

The redcurrant is originally from western Europe.

De aalbes is oorspronkelijk uit het westen van Europa.

The environment you grow up in influences your life.

De omgeving waarin je opgroeit, beïnvloedt je leven.

She learned a cut-and-paste shortcut.

Ze heeft een knippen-en-plakken sneltoets geleerd.

Every time he comes here, he orders the same dish.

Telkens als hij hier komt, bestelt hij hetzelfde gerecht.

The project is a community initiative.

Het project is een initiatief van de gemeenschap.

That writer is known for his derisive style.

Die schrijver is bekend voor zijn spottende stijl.

An accommodation ladder is a walkway with railings to a ship.

Een valreep is een loopplank met leuningen naar een schip.

this must also be prepared in Dutch

deze moet eveneens in het Nederlands opgesteld zijn

Amnesty launches global campaign against torture.

Amnesty start wereldwijde campagne tegen foltering.

Gert is mainly concerned with the creative process.

Gert bekommert zich vooral om het creatieve proces.

Let’s find a quiet spot where we can talk.

Laat ons een rustige plek zoeken waar we kunnen praten.

I haven’t seen Rick since he got back from New Zealand.

Ik heb Rik niet gezien sedert hij terug is uit Nieuw-Zeeland.