nam
ik nam
Yanni nam de bloemen en ging.
hij zei dat ik niet mijn verantwoordelijkheid nam
Hij nam zijn boeken bij elkaar.
Ze nam het potlood en begon te schrijven.
daarop nam zij twintig matrassen en legde deze op de erwt
zij nam het kleine meisje op haar arm, en beiden vlogen in glans en vreugde hoog boven de aarde, oneindig hoog.
Nu nam de prins haar tot vrouw; want nu wist hij, dat hij een echte prinses bezat, en de erwt kwam in het kabinet van zeldzaamheden, waarin zij nog te zien is, als niemand haar ten minste gestolen heeft.