minimumloon
Ik ben een bakker.
Mijn man is bakker.
bewakingsagent
aardappelboer
de moordenaar
een goede lerares
tovenaarshoed
de informateur
bijlmoordenaar
De timmerman gebruikt een klem.
Tom is de zoon van een priester.
Soldaten zijn aan gevaar gewend.
De gezanten kwamen gisteren aan.
Er is een deskundige aan het woord.
Ik ben bang voor tandartsen.
De loopbaan van een arts vergt toewijding.
De geschiedenis is de lerares van het leven.
Zijn vrouw is mijn leerkracht Italiaans.
de slangenbezweerder