Ze heeft alleen koorts, maar behoorlijk.
Tom heeft afgelopen zomer leren zwemmen.
Heeft u een kluis?
Hij heeft grote oren.
Hij heeft een pistool.
Niemand heeft hem gebeld.
Deze wolk heeft de vorm van een vis.
Heeft iedereen goed geslapen?
Tom heeft meteen geantwoord.
Hij heeft met zijn vrouw gebroken.
Tom heeft nooit een potlood bij zich.
Hij heeft een buitenlandse wagen.
Iedereen heeft minstens één goede vriend nodig.
Mary heeft nog niet geantwoord op Tom zijn brief.
Ik wil enkel in een appartement wonen als het een balkon heeft.
De kwestie van een minimumloon heeft nog nooit ergens toe geleid.
Tom heeft bekend.
Ze heeft een tatoeage.
Hij heeft een piercing.