Understand spoken Dutch

"day" Practice Dutch lesson

Recording English Sort descending Dutch Status
a good day

een goede dag

A reconstruction of an eventful day.

Een reconstructie van een bewogen dag.

all day

de hele dag

an instructive and interesting day

een leerrijke en boeiende dag

And the matches were glowing so bright, brighter than at noon-day.

En de lucifers schitterden met zulk een glans, dat het helderder werd dan midden op de dag.

dish of the day

dagschotel

Dries Buytaert is unknown to many, but whoever uses the Internet, comes into contact every day with his work.

Dries Buytaert is voor velen een onbekende, maar wie het internet gebruikt, komt elke dag in aanraking met zijn werk.

every day

elke dag

Father’s Day

Vaderdag

First later on the day it became quiet; but the poor duckling did not dare to get up yet; it waited several hours more, before it turned around, and then it rushed out of the swamp as fast as it could.

Eerst laat op de dag werd het stil; maar het arme eendje durfde nog niet opstaan; het wachtte nog verscheidene uren, voordat het omkeek, en toen snelde het uit het moeras weg, zo vlug als het maar kon.

Hello, madam, do you know when the bus is coming?

Dag, mevrouw, weet u soms wanneer de bus komt?

How many meals a day do you eat?

Hoeveel maaltijden per dag eet jij?

I clean the kitchen almost every day.

Ik poets de keuken bijna elke dag.

I study Spanish every day.

Ik studeer elke dag Spaans.

I try to swim a kilometer a day.

Ik doe mijn best een kilometer per dag te zwemmen.

I would like to see her every day.

Ik zou haar elke dag willen zien.

It went like that the first day, and later it got worse and worse.

Zo ging het de eerste dag, en later werd het al erger en erger.

It’s a pleasant day, isn’t it?

Wat een mooie dag, niet?

Labor Day

Dag van de Arbeid

Monday will be a changeable and turbulent day with showers.

Maandag wordt een wisselvallige en onstuimige dag met buien.