Conjunctions Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	but we don’t care	maar dat kan ons niet schelen
	He is poor, to be sure, but he is happy.	Hij is uiteraard arm, maar hij is gelukkig.
	Have a drink, and you’ll feel better.	Drink iets en je zal je beter voelen.
	She has stumbled and fallen.	Ze is gestruikeld en gevallen.
	Tom was jumping up and down with excitement.	Tom sprong op en neer van opwinding.
	Leave her alone and stop complaining.	Laat haar met rust en stop met vitten.
	Speak slowly and clearly.	Spreek langzaam en duidelijk.
	I speak English and Italian.	Ik spreek Engels en Italiaans.
	Ask anybody.	Vraag maar aan wie dan ook.
	Her argument was clear and powerful.	Haar betoog was helder en krachtig.
	Why do you always keep complaining?	Waarom blijf je altijd maar vitten?
	Where are there a lot of restaurants?	Waar zijn er veel restaurants?
	there is no one in the world cleverer than she is	wijzer dan zij is niemand op de wereld
	And what was more beautiful to see	En wat nog prachtiger om te zien was
	What should I do if my wife snores?	Wat moet ik doen als mijn vrouw snurkt?
	No, but we do have a large attic.	Nee, maar we hebben wel een grote zolder.
	I know him better than anyone else does.	Ik ken hem beter dan wie dan ook.
	She only has a fever, but bad.	Ze heeft alleen koorts, maar behoorlijk.
	and bread and cake were thrown into the water	en er werd brood en koek in het water geworpen
	What are you interested in?	Waar bent u in geïnteresseerd?