Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
User account menu
Show — User account menu
Hide — User account menu
Log in
Understand spoken Dutch
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Online Lessons
"chickens" Practice Lesson
"chickens" Practice Dutch lesson
Primary tabs
Summary
Quiz
Content
Secondary tabs
All
Words
Phrases
Learn
Recording
English
Dutch
Status
chickens
kippen
the chickens
de kippen
But the poor duckling that had hatched last and looked so ugly was bitten, bumped and fooled by both the ducks and the chickens.
Maar het arme eendje, dat het laatst uit het ei gekomen was en er zo lelijk uitzag, werd gebeten, gestoten en voor de gek gehouden, en dat zowel door de eenden als door de kippen.
The ducks bit it, and the chickens pinched it, and the girl who fed the beasts kicked it.
De eenden beten het, en de kippen pikten het, en de meid, die de beesten eten moest geven, schopte het.
It’s better to be killed by them, than being bitten by the ducks, pecked by the chickens, kicked by the maiden who feeds the chickens, or starved with hunger in the winter.
’t Is beter, door hen gedood, dan door de eenden gebeten, door de kippen gepikt, door de meid, die aan de kippen eten geeft, geschopt te worden en in de winter gebrek te lijden!
When the fox is preaching the Passion, farmer, watch out for your chickens.
Als de vos de passie preekt, boer, let op uw kippen.
A few fat brown chickens roamed the yard.
Een paar dikke bruine kippen scharrelden pikkend over het erf.