Adjectives for people Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	It doesn’t hurt anyone after all!	Het doet immers niemand kwaad!
	By the way, I’m free tonight.	Trouwens, ik ben vanavond vrij.
	He had his hair cut short.	Hij liet zijn haar kort knippen.
	I’m pretty sure that this is Tom’s umbrella.	Ik ben er vrij zeker van dat dit de paraplu van Tom is.
	short circuit	kortsluiting
	that poor, ugly animal	dat arme, lelijke beest
	That’s the best for the both of us.	Dat is het beste voor ons allebei.
	mischief	kattenkwaad
	I’m injured.	Ik ben gewond.
	Is this seat free?	Is deze stoel vrij?
	Was anyone hurt?	Was er iemand gewond?
	Nobody was injured.	Niemand raakte gewond.
	Which car do you think looks best?	Welke auto ziet er het beste uit volgens jou?
	free movement of people and goods	vrij verkeer van mensen en goederen
	Tom and Mary are both very happy here.	Zowel Tom als Maria zijn erg gelukkig hier.
	The little green owl has the best language school I know.	De kleine groene uil heeft de beste talenschool die ik ken.
	to get angry	boos worden
	He is angry.	Hij is nijdig.
	I like you.	Ik vind je aardig.
	Is the woman nice?	Is de vrouw aardig?