Understand spoken Dutch

"who (conjunction)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Tom is the only one in our group who knows how to start a fire without matches. Tom is de enige in onze groep die weet hoe hij vuur moet maken zonder lucifers.
Tom has three children who are doctors. Tom heeft drie kinderen die dokter zijn.
Not everyone who lives here is rich. Niet iedereen die hier woont, is rijk.
It was a princess who stood outside in front of the gate. Het was een prinses, die buiten voor de poort stond.
Keep your decency and bow to the old duck that you see there. Houdt je fatsoen en maak een buiging voor de oude eend, die je daar ziet.
Once upon a time there was a prince who wanted to marry a princess; but it had to be a real princess. Er was eens een prins, die met een prinses wilde trouwen; maar het moest een echte prinses zijn.
Tom is the one responsible. Tom is degene die verantwoordelijk is.
I’m the one who got beaten up. Ik ben degene die in elkaar geslagen werd.
“Well there, how are you?” an old duck asked, who came to visit her. “Wel zo, hoe gaat het?” vroeg een oude eend, die haar eens een bezoek kwam brengen.
In that way other airlines are grabbed by the short and curlies. Op die manier worden andere luchtvaartmaatschappijen in de tang genomen.
that bastard die smeerlap
the jobs I have had de jobs die ik heb gehad
who on the 21st of July took an oath die 21 juli de eed aflegde
who is the cleverest creature I know die is het verstandigste schepsel, dat ik ken
Who was the contact person assigned to you? Wie was de contactpersoon die u werd toegewezen?
With that score we are clearly lagging behind in Europe. Met die score hinken we duidelijk achterop binnen Europa.
“It is taking a long time with that egg,” said the duck, who was sitting on it again. “Het duurt geducht lang met dat ene ei,” zei de eend, die er nu weer op zat.
This was the last major setback that the Dutch had to endure. Dit was de laatste grote tegenslag die de Hollanders moesten verduren.
But they will kill me, because I, who am so ugly, dare to approach them Maar zij zullen mij doden, omdat ik, die zo lelijk ben, mij in hun nabijheid durf wagen
The ducks bit it, and the chickens pinched it, and the girl who fed the beasts kicked it. De eenden beten het, en de kippen pikten het, en de meid, die de beesten eten moest geven, schopte het.