Is al dit geld van jou?
Wat is dat gebouw?
Wat is hun beleid?
Wiskunde is leuk.
Waar is Tom geboren?
Kijk naar dat gebouw.
Komt het nu slecht uit?
Hoe laat gaat het dicht?
Hoe hoog is dit gebouw?
Het is een goed beleid.
Waar kan ik eieren kopen?
Dat gebouw is prachtig.
Wiskunde is moeilijk.
Tom gaat geen nieuwe auto kopen.
maar het is waar ik geboren ben
Wat zegt u?
Tom drinkt.
Dit is geen hoed.
Doe wat Tom zegt.
Waar is haar hoed?