naar de film gaan
Tom helpt Maria.
De la gaat niet open.
Het ijs is heel dik.
Ik moet slapen.
aan het slapen
Bevalt de stad u?
akkoord zijn op
contact houden
Hoe bevalt het je?
Ik heb wat zeep nodig.
Wij moeten slapen.
Yanni moet werken.
Bent u toevallig arts?
Tom kocht bloemen.
Wat zit er in deze doos?
Op welk adres woont u?
Op welk adres woon je?
Je hebt een grote maag.
Het is ijskoud