Men leefde in dorpen.
elke fokker weet dat
Een afwijzing is balen.
geeuwend en rekkend
Lijk ik soms achterlijk?
te inschrijven
hij wreef over zijn kin
zich abonneren op
ontmoedigd zijn
goedgezind zijn
gaan windsurfen
Yanni was onthoofd.
Vandaar vroeg ik het.
Waar is de bakkerij?
Ik douch bijna elke dag.
te eerbiedigen
’t Is lood om oud ijzer.
Ik was gewend aan de hitte.
Niemand leeft eeuwig.
Mijn schoenen piepen.