daaraan
maar daaraan dacht zij niet
Ja, daaraan dacht zij.
Ik zeg je de waarheid, al vind je dit ook niet prettig, en daaraan kan men zien, wie zijn ware vrienden zijn
Één enkel lucifertje zou haar wel goed doen, als zij er maar één uit een doosje durfde nemen, dit tegen den muur afstrijken en zich de vingers daaraan warmen.
De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar, dat in prachtige lokken op haar schouders neergolfde; maar daaraan dacht zij niet.