Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
User account menu
Show — User account menu
Hide — User account menu
Log in
Understand spoken Dutch
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Online Lessons
"to sit" Practice Lesson
"to sit" Practice Dutch lesson
Primary tabs
Summary
Quiz
Content
Secondary tabs
All
Words
Phrases
Learn
Recording
English
Dutch
Status
to sit
zitten
Can we sit there?
Kunnen we daar zitten?
Can we sit outside?
Kunnen we buiten zitten?
Can we sit in the sun?
Kunnen we in de zon zitten?
Sit down.
Ga zitten.
Please sit.
Ga zitten, alsjeblieft.
Can we sit by the window?
Kunnen we aan het raam zitten?
Can we sit here?
Mogen we hier zitten?
Can we sit in a non-smoking area?
Kunnen we in een rookvrije ruimte zitten?
“Now I am almost getting bored!” and she sat down on it again.
“Nu begint het mij haast te vervelen!” en zij ging er weer op zitten.
We never sit in the front.
Wij zitten nooit vooraan.
Can we sit in the shade?
Kunnen we in de schaduw zitten?
She sat down on a step from the landing in the courtyard.
Zij ging op een trede van het bordes op de binnenplaats zitten.
The storm roared around the duckling so bad that it had to sit down so it would not blow over.
De storm gierde zo verschrikkelijk om het eendje heen, dat het moest gaan zitten, om niet omver te waaien.
“I will still sit on it for a bit longer,” answered the duck; “I’ve sat on it for so long already, so I can sit on it for a few more days!”
“Ik zal er toch nog een beetje op blijven zitten,” antwoordde de eend; “ik heb er nu al zo lang op gezeten, en dus kan ik er nog wel een paar dagen op zitten!”