"the" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the closeness	de nabijheid
	the officer	de ambtenaar
	the students	de studenten
	the hare and the tortoise	de haas en de schildpad
	What’s the soup of the day?	Wat is de soep van de dag?
	the mention	de vermelding
	the service; institution	de instelling
	the Easter Bunny	de paashaas
	the old wizard	de oude tovenaar
	the wall clock	de wandklok
	the duck cage	de eendenkooi
	the dedication	de toewijding
	the effort	de inspanning
	the slippers	de pantoffels
	to have someone where you want him; to have someone by the short and curlies	iemand in de tang nemen
	the trouser pocket	de broekzak
	to jump on the bandwagon	op de kar springen
	the rainbow	de regenboog
	He’s a member of the golf club.	Hij is lid van de golfclub.
	the bicycle basket	de fietsmand