Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - D

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (675) B (1039) C (170) D (3701) E (1153) F (186) G (844) H (2047) I (1131) J (256) K (711) L (427) M (662) N (378) O (752) P (490) Q (2) R (354) S (1031) T (1023) U (180) V (1190) W (978) X (3) Y (88) Z (839)
Dutch Recording English Learn

De gewestweg heeft weinig verkeer.

The regional road has little traffic.

De gewestweg is onlangs gerenoveerd.

The regional road was recently renovated.

De gewonden werden vervoerd met een ziekenwagen.

The wounded were transported with an ambulance.

De gezanten kwamen gisteren aan.

The envoys arrived yesterday.

De gezanten werden met respect behandeld.

The envoys were treated with respect.

de gezel

the mate; the comrade

de gezondheid

the health

De gids wenkte de toeristen naar de deur.

The guide beckoned the tourists to the door.

de gier

the vulture

de gieter

the watering can

de giftand

the fang

de gigant

the giant

de gijzelaars

the hostages

de giraf

the giraffe

de gitaar

the guitar

de glans

the glare

de glimlach

the smile

de gloednieuwe gevangenissen

the brand new prisons

De godin gaf de krijger een zwaard en een schild.

The goddess gave the warrior a sword and a shield.

de godsdienst

the religion

de goederen

the goods

De goederen werden met het schip vervoerd.

The goods were transported by ship.

de golf

the wave

de gordijnen

the curtains

de Gouden Bal

the Golden Ball

de gouden medaille

the gold medal

de goudvis

the goldfish

de graad

the degree

de graaf

the count

de graai

the grab

de gracht

the canal

de grachten

the canals

de grafiek

the graph

de granaat

the grenade

de grapefruit

the grapefruit

de grappen

the jokes