Understand spoken Dutch

"with (accompanying)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
She painted with spray cans on the wall. Ze schilderde met spuitbussen op de muur.
The thieves made off with quite a haul. De dieven zijn er met een flinke buit vandoor.
He stopped playing baseball last season. Vorig seizoen is hij gestopt met honkballen.
The envoys were treated with respect. De gezanten werden met respect behandeld.
The pilot controls the plane with precision. De piloot beheerst het vliegtuig met precisie.
The canopy of the sky is sprinkled with stars. Het gewelf van de hemel is bezaaid met sterren.
Some went on foot, others by bicycle. Sommigen gingen te voet, anderen gingen met de fiets.
He interrupted the speaker with frequent questions. Hij onderbrak de spreker telkens met vragen.
She practices divination with tarot cards. Zij beoefent waarzeggerij met tarotkaarten.
The child filled her pockets with pebbles from the shore. Het kind vulde haar zakken met kiezels van de kust.
a white chicken with black speckles on her feathers een witte kip met zwarte spikkels op haar veren
Your payment order has been successfully created. Je betaalopdracht is met succes aangemaakt.
The stadium was flooded with baseball fans. Het stadion werd overspoeld met honkbalfans.
The bridge is reinforced with steel crossbeams. De brug is verstevigd met stalen dwarsbalken.
I want to talk to the Australian embassy. Ik wil met de Australische ambassade spreken.
Tom reluctantly gave Mary what she asked for. Tom gaf Maria met tegenzin hetgeen waar ze om vroeg.
An accommodation ladder is a walkway with railings to a ship. Een valreep is een loopplank met leuningen naar een schip.
The coupling hose connects the two pipes together. De koppelslang verbindt de twee leidingen met elkaar.
Experience with database design for the storing of data. Ervaring met database design voor de opslag van data.
Two robots doing pole dancing with lots of dedication. Twee robotten doen met veel overgave aan paaldansen.