Het schijnt dat we een mol in ons midden hebben.
het zal vooral deugd doen om weer buiten te komen
De volkstelling is gepland voor volgend jaar.
De vervoeging van dit werkwoord is lastig.
Het tegenovergestelde is ook waar.
Het gewelf van de sterrenhemel is adembenemend.
De stad heeft een roemruchte geschiedenis.
Het leren van deze taal is een peulenschil.
Er is een beperking aan het aantal deelnemers.
De rechter zal een uitspraak doen inzake de zaak.
Tom drinkt minstens drie kopjes koffie per dag.
Tom is behoorlijk scherpzinnig, nietwaar?
Mijn aanstelling tot teamleider is een eer.
Die schijnheilige praat maar doet niets.
Ik denk niet dat het een goede investering is.
Iedereen heeft minstens één goede vriend nodig.
Een ontlening kan helpen bij het kopen van een huis.
Kan ik met een kredietkaart betalen?
Hij houdt ervan de draak te steken met collega’s.
Het is 10 jaar geleden dat ik schaak begon te spelen.
