Understand spoken Dutch

"the" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
they watch quizzes on the telly ze zien de televisiequiz
the disaster officer de rampenambtenaar
My oldest daughter’s name is Mary. De naam van mijn oudste dochter is Mary.
Use the bellows for the fire. Gebruik de blaasbalg voor het vuur.
How long does the show last? Hoe lang duurt de voorstelling?
The thief groped in the dark for the safe. De dief tastte in het donker naar de kluis.
The confused man didn’t know where he was. De verwarde man wist niet waar hij was.
Unfortunately the word of the day has melted. Helaas is het woord van de dag gesmolten.
After a miserable day, the sun broke through. Na een miezerige dag brak de zon door.
When does the show start? Hoe laat begint de voorstelling?
The new manager has stepped in. De nieuwe manager is aangetreden.
They want to lure customers to the shop. Ze willen klanten naar de winkel lokken.
Everyone talked about the commotion outside. Iedereen praatte over de ophef op straat.
The career of a doctor requires dedication. De loopbaan van een arts vergt toewijding.
the goalkeeper de doelverdediger
The trees along the avenue are beautiful in autumn. De bomen langs de laan zijn prachtig in de herfst.
The loot was so large that they were surprised. De buit was zo groot dat ze verrast waren.
We acknowledge the efforts of others. We erkennen de inspanning van anderen.
The judge approved the seizure of the building. De rechter keurde het beslag op het pand goed.
The committee approved the proposal. De commissie keurde het voorstel goed.