Pronouns Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	She demanded a specific mention.	Ze eiste een specifieke vermelding.
	I want access to my invoices.	Ik wil toegang tot mijn facturen.
	He was arrested for fencing stolen goods.	Hij werd gearresteerd voor heling.
	Do you want to continue the course?	Wil je de cursus voortzetten?
	I need to charge my cell phone.	Ik moet mijn mobieltje opladen.
	I didn’t foresee this turn of events.	Deze wending heb ik niet voorzien.
	Tom said that the claim wasn’t true.	Tom zei dat de bewering niet klopte.
	Tom washes his hair almost every day.	Tom wast zijn haar vrijwel dagelijks.
	Nothing is achieved without effort.	Zonder inspanning behaal je niets.
	He muddled his sentences.	Hij verhaspelde zijn zinnen.
	His argument was convincing.	Zijn betoog was overtuigend.
	They claim that they’re innocent.	Ze beweren onschuldig te zijn.
	My wallet is gone.	Mijn portemonnee is foetsie.
	I saved money so that I can travel.	Ik heb gespaard zodat ik kan reizen.
	She was caught while stealing the money.	Ze werd betrapt terwijl ze het geld stal.
	They keep their jewelry in the safe.	Ze bewaren hun juwelen in de kluis.
	When will my suitcase be found?	Wanneer wordt mijn koffer gevonden?
	He went traveling in search of adventure.	Hij ging reizen op zoek naar avontuur.
	He immediately fell for the trick question.	Hij trapte meteen in de strikvraag.
	You’re married and have two children.	Je bent gehuwd en hebt twee kinderen.