Wat wil je doen op maandag?
Waneer een 16-jarige hetzelfde zou doen, is dat afwijkend gedrag en kan er wel op gereageerd worden.
Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
Als het mooi weer is, eten we op het terras.
Waar ben je laatst op vakantie geweest?
die bij de bovenste trede op de loer lag
Yanni heeft een kaart op zijn telefoon.
Yanni knielde op de mat.
Ja, het was werkelijk heerlijk daar buiten op het land!
Je bent verantwoordelijk voor de kwaliteit van het product, op functioneel en niet-functioneel vlak.
Je woont op de zesde verdieping.
Je moet zweren op de Bijbel.
Uw boek ligt op tafel.
“Ik zal er toch nog een beetje op blijven zitten,” antwoordde de eend; “ik heb er nu al zo lang op gezeten, en dus kan ik er nog wel een paar dagen op zitten!”
“Het duurt geducht lang met dat ene ei,” zei de eend, die er nu weer op zat.
“Het is te groot!” zeiden allen, en de kalkoense haan, die met sporen ter wereld gekomen was en daarom dacht, dat hij keizer was, blies zich op als een schip met volle zeilen en kwam op hem af; toen klokte hij en werd zijn kop vuurrood.
“Nu begint het mij haast te vervelen!” en zij ging er weer op zitten.