Vertel niemand dat ik hier ben.
Ik kon niemand vinden.
Ik zal het niemand vertellen.
Niemand had er enig vermoeden van, wat al schoons zij gezien had, in welk een glans zij met haar grootmoeder het nieuwe jaar ingetreden was.
Zo fijngevoelig kon niemand anders zijn dan een echte prinses.
Niemand heeft me ooit zoiets geleerd.
Niemand had er de hele dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.
Niemand heeft hem gebeld.
Niemand weet hoe lang hij zal leven.
Niemand zit vooraan.
Niemand neemt me serieus.
Er is niemand thuis.
daar heeft niemand baat bij
Niemand kan deze vraag beantwoorden.
Niemand bewoog.
Niemand begreep mij.
Niemand gaat dit geloven.
Nu nam de prins haar tot vrouw; want nu wist hij, dat hij een echte prinses bezat, en de erwt kwam in het kabinet van zeldzaamheden, waarin zij nog te zien is, als niemand haar ten minste gestolen heeft.
wijzer dan zij is niemand op de wereld
We hebben niemand om ons te helpen.