Understand spoken Dutch

"has (3rd person singular)" Practice Dutch lesson

Recording English Sort ascending Dutch Status
“They are lovely children the mother has,” said the old duck with the rag around her leg.

“Het zijn lieve kinderen die de moeder heeft,” zei de oude eend met het lapje om de poot

“That’s not possible,“ said the duckling’s mother; “It is not beautiful, but it has a good heart and swims just as good as the others, yes, I must say, even better.

“Dat gaat immers niet,” zei de moeder van het eendje; “het is wel niet mooi, maar het heeft een goed hart en zwemt even flink als al de anderen, ja, ik moet zeggen, nog beter.

“She tried to warm herself,” said some.

«Zij heeft zich willen warmen!» zei men.

“It has been in the egg for too long, and that is why it has become deformed!a little!”

“Het heeft te lang in het ei gezeten, en daardoor is het wat mismaakt geworden!”

Your father entrusted this to me before his death.

Je vader heeft dit bij mij in bewaring gegeven voor zijn dood.

Yanni too has a wife and child.

Ook Yanni heeft een vrouw en kind.

Yanni told Skura everything.

Yanni heeft Skura alles verteld.

Yanni paid for the popcorn.

Yanni heeft de popcorn betaald.

Yanni needs a new bed.

Yanni heeft een nieuw bed nodig.

Yanni needs a car.

Yanni heeft een auto nodig.

Yanni made a mistake.

Yanni heeft een fout gemaakt.

Yanni has some work to do.

Yanni heeft wat werk te doen.

Yanni has responsibilities.

Yanni heeft verantwoordelijkheden.

Yanni has no time to waste.

Yanni heeft geen tijd te verliezen.

Yanni has no money.

Yanni heeft geen geld.

Yanni has more mouths to feed now.

Yanni heeft meer monden te voeden nu.

Yanni has a map on his phone.

Yanni heeft een kaart op zijn telefoon.

Yanni has a farm just outside town.

Yanni heeft een boerderij net buiten het dorp.

Yanni doesn’t have a car.

Yanni heeft geen auto.

Yanni didn’t order this.

Yanni heeft dit niet besteld.