de vogels
O, het kon die mooie, gelukkige vogels niet vergeten
Ik zal naar hen toe vliegen, naar die koninklijke vogels!
Het arme beest wist niet, hoe die vogels heetten, ook niet, waar zij naar toe vlogen
Het dacht aan, hoe het vervolgd en bespot was, en hoorde nu allen zeggen, dat het de mooiste van al die mooie vogels was.
Op zekere avond, juist toen de zon in haar pracht onderging, kwam er een hele troep grote vogels uit het bos