Adjectives Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	a purple wax seal	een paarse lakzegel
	a well-known saying	een bekend gezegde
	I’m sick.	Ik ben misselijk.
	I stir my own tea.	Ik roer mijn eigen thee.
	Smoking kills.	Roken is dodelijk.
	the major nuisance	de grote overlast
	inspection report	keuringsverslag
	He judges harshly.	Hij vonnist streng.
	favorite subject	lievelingsvak
	Horses run fast.	Paarden rennen snel.
	officially recognized	officieel erkend
	The bear is a large animal.	De beer is een groot dier.
	I need some petrol.	Ik heb benzine nodig.
	a thorough analysis	een gedegen analyse
	a big banner	een groot spandoek
	a very pretty woman	een heel knappe vrouw
	the well-known sound engineer	de bekende klankman
	a calibrated scanner	een geijkte scanner
	their flailing arms	hun maaiende armen
	Breakfast is ready.	Het ontbijt is gereed.