Adjectives Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the last part	het laatste deel
	public square	openbaar plein
	the biggest size	de grootste maat
	royal family	vorstenhuis
	I have brown hair.	Ik heb bruin haar.
	The frame is red.	Het kader is rood.
	But good heavens!	Maar lieve hemel!
	to stay healthy	gezond blijven
	I have blond hair.	Ik heb blond haar.
	the smallest	het kleinste
	Armistice Day	Wapenstilstand
	a new leave	een nieuw verlof
	a cold shower	een koude douche
	a new robe	een nieuw gewaad
	a black robe	een zwart gewaad
	his old robe	zijn oude gewaad
	Just in case.	Voor het geval dat.
	it was sad	het was treurig
	but how did it help?	maar wat hielp dat?
	smallest size	kleinste maat