"a" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	It’s merely a matter of time.	Het is louter een kwestie van tijd.
	a relative	een bloedverwant
	Tom tripped on a root.	Tom is over een wortel gestruikeld.
	the town hall with a pump in front of it	het raadhuis met een pomp ervoor
	Yes, there is a new one!	Ja, er is een nieuwe bijgekomen!
	That was a feeble attempt at humour.	Dat was een flauwe poging tot humor.
	We will have a math quiz tomorrow.	We hebben morgen een wiskunde toets.
	a side note	een kanttekening
	Do you wear dentures?	Draagt u een kunstgebit?
	Ask Tom whether he wants another drink.	Vraag Tom of hij nog een drankje wil.
	The king ordered an attack.	De koning heeft een aanval bevolen.
	a liar that is right, that’s true	een treuzelaar dat klopt, dat is waar
	Tom never has a pencil with him.	Tom heeft nooit een potlood bij zich.
	It snowed a little last night.	Het sneeuwde een beetje vorige nacht.
	Where can I buy an English newspaper?	Waar kan ik een Engelse krant kopen?
	The trumpet is a musical instrument.	De trompet is een muziekinstrument.
	The garden is surrounded by a fence.	De tuin is omgeven door een omheining.
	An expert is speaking.	Er is een deskundige aan het woord.
	Without his glasses, he is as blind as a bat.	Zonder zijn bril is hij zo blind als een mol.
	The prophet spoke about a revelation.	De profeet sprak over een openbaring.