Understand spoken Dutch

Verbs (all parts) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Tom ordered mineral water.

Tom bestelde mineraalwater.

Tom was one of the three who died in the attack.

Tom was één van de drie die stierven in de aanval.

Why do dogs chase squirrels?

Waarom achtervolgen honden eekhoorns?

He often attributes his failures to bad luck.

Hij schrijft zijn mislukkingen vaak toe aan pech.

The disgraced soldier was expelled from the army.

De onteerde soldaat werd uit het leger gezet.

The bride was radiant in her lavish wedding dress.

De bruid straalde in haar uitbundige trouwjurk.

The tangle of yarn was difficult to unravel.

De kluwen garen was moeilijk uit elkaar te halen.

The terrorists swore vengeance on that country.

De terroristen zwoeren wraak op dat land.

The tow truck will tow the truck away.

De sleepwagen zal de vrachtwagen wegslepen.

When a fool is silent, he may be considered wise.

Als de dwaas zwijgt, kan men hem voor wijs houden.

The canopy of the sky is sprinkled with stars.

Het gewelf van de hemel is bezaaid met sterren.

The illustrious past shapes our identity.

Het roemruchte verleden vormt onze identiteit.

Can I quickly pee before we leave?

Mag ik even plassen voordat we vertrekken?

Tom was brutally murdered in his own house.

Tom is op brute wijze vermoord in zijn eigen huis.

Tom and I talked about lots of things.

Tom en ik hebben over allerlei dingen gepraat.

Some went on foot, others by bicycle.

Sommigen gingen te voet, anderen gingen met de fiets.

A witty remark makes the conversation fun.

Een kwinkslag maakt de conversatie leuk.

She responded mockingly to his compliment.

Ze reageerde spottend op zijn compliment.

Not every untrue statement is a lie.

Niet iedere onjuiste bewering is een leugen.

In that country he was received as a tourist.

In dat land werd hij als een toerist ontvangen.