Ik verveel me.
Ontwijk je me?
Ik huil niet snel.
Voeg wat melk toe.
tot nader order
een gekookt ei
Mijn vader is kaal.
hij vervangt
Die koffie is lauw.
Nood breekt wet.
Wat is je lengte?
make-up opdoen
druiven zijn zuur
U bedriegt me.
Is het eten halal?
jij studeert
wij studeren
Niemand bewoog.
Ik kweek tomaten.
zij stukliep