Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
User account menu
Show — User account menu
Hide — User account menu
Log in
Understand spoken Dutch
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Online Lessons
"swans" Practice Lesson
"swans" Practice Dutch lesson
Primary tabs
Summary
Quiz
Content
Secondary tabs
All
Words
Phrases
Learn
Recording
English
Dutch
Status
swans
zwanen
the swans
de zwanen
swan’s egg
zwanenei
It rushed into the water, plunged in and swam towards the beautiful swans
En het snelde naar het water, plofte er in en zwom naar de prachtige zwanen toe
And the other swans bowed before him.
En de andere zwanen bogen zich voor hem.
And the swans swam around him and stroked him with their beaks.
En de zwanen zwommen om hem heen en streelden hem met hun snavels.
They were bright white and had long, flexible necks: they were swans
Zij waren spierwit en hadden lange, buigzame halzen: het waren zwanen
And from the trees appeared suddenly three beautiful white swans
En uit het geboomte kwamen eensklaps drie prachtige witte zwanen te voorschijn
He whirled himself in the water like a wheel, stretched out his neck towards the swans, and uttered such a loud and strange scream that it frightened himself.
Het draaide zich als een tol in het water rond, strekte zijn kop hoog in de lucht naar de zwanen uit en gaf zulk een luide en zonderlinge schreeuw, dat het er zelf van schrikte