Nouns Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	We are prisoners in our own country.	We zijn gevangenen in ons eigen land.
	Splash, splash! the reed bent in every direction.	Plof, plof! het riet boog zich naar alle kanten heen.
	She stumbled over her words.	Ze is gestruikeld over haar woorden.
	Here’s a list of things that Tom needs to do.	Hier is een lijst met dingen die Tom moet doen.
	There are trees on either side of the river.	Er staan bomen aan beide kanten van de rivier.
	and they clapped their hands and danced around	en zij klapten in de handen en dansten in de rondte
	a textbook example	een schoolvoorbeeld
	Tom said that all his friends were drunk.	Tom zei dat al zijn vrienden dronken waren.
	The problem can occur at any time.	Het probleem kan op elk moment optreden.
	I bought a new mobile phone.	Ik heb een nieuwe mobiele telefoon gekocht.
	the raise	de loonsverhoging
	After the wedding, they had intercourse.	Na het huwelijk hadden ze gemeenschap.
	Nobody can foresee what’ll happen.	Niemand kan voorzien wat er gaat gebeuren.
	We went to the park to play baseball.	We gingen naar het park om te honkballen.
	I got a letter from Tom yesterday.	Ik heb gisteren een brief van Tom ontvangen.
	He is totally dependent on his parents.	Hij is volledig afhankelijk van zijn ouders.
	Can you tell us more about your products?	Kan je ons meer vertellen over je producten?
	He tripped over his own feet.	Hij is gestruikeld over zijn eigen voeten.
	What did Tom do while he was in Australia?	Wat heeft Tom gedaan terwijl hij in Australië was?
	Around noon, it started to rain.	Omstreeks de middag begon het te regenen.