Ik ga vrijwel iedere dag op Internet.
Hij neemt vrijwel nooit een douche.
tolheffing
de werving
de heffing
de analyse
de relatie
de aalmoes
het vervoer
van tevoren
Hij is onteerd.
het openbaar vervoer
Ik heb mijn familie onteerd.
Hij heeft de familie onteerd.
Sla het op op de externe harde schijf.
Niemand had er de hele dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.
Niemand had er den heelen dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.