de nabijheid
Maar zij zullen mij doden, omdat ik, die zo lelijk ben, mij in hun nabijheid durf wagen
“Kwak, kwak! Gaat maar met mij mee, dan zal ik je in de grote wereld brengen en je in de eendenkooi voorstellen: maar zorgt, dat je dicht in mijn nabijheid blijft, en neemt je voor de kat in acht!”