"yes" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Yes, please.	Ja, graag.
	Yes, that is what she was thinking about.	Ja, daaraan dacht zij.
	Yes, I have two children.	Ja, ik heb twee kinderen.
	Yes, it’s a very good restaurant.	Ja, het is een heel goed restaurant.
	Yes, I have a child.	Ja, ik heb een kind.
	Yes, for a few days.	Ja, een paar dagen.
	Yes, I speak English.	Ja, ik spreek Engels.
	Yes indeed.	Jazeker.
	Yes, I understand.	Ja, dat begrijp ik.
	Yes, thank you.	Ja, dank u.
	Just say yes.	Zeg gewoon ja.
	Yes, that’s correct.	Ja, dat klopt.
	Yes, do that! Added the chicken to this	“Ja, doe dat maar!” Liet de kip hierop volgen.
	I haven’t said yes yet.	Ik heb nog geen ja gezegd.
	Yes, I understand you.	Ja, ik versta je.
	Yes sir, which bus do you mean?	Ja meneer, welke bus bedoelt u?
	Yes, that is a turkey egg!	Ja, dat is een kalkoenenei!
	Yes, it was really wonderful out there on the land!	Ja, het was werkelijk heerlijk daar buiten op het land!
	Yes, l’Il fill them out right away.	Ja, ik zal ze meteen invullen.
	Yes, there is a new one!	Ja, er is een nieuwe bijgekomen!