Weather 1 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the summer	de zomer
	in the summer	in de zomer
	It’s already summer.	Het is al zomer.
	summer holidays	zomervakantie
	the clouds	de wolken
	clouds of steam	stoomwolken
	clouds of steam	wolken van stoom
	big clouds of steam	grote wolken stoom
	What will the weather be like?	Wat voor weer wordt het?
	the wind	de wind
	the storm	de storm
	the umbrella	de paraplu
	an umbrella	een paraplu
	I need an umbrella.	Ik heb een paraplu nodig.
	This isn’t my umbrella.	Het is niet mijn paraplu.
	Do I need an umbrella?	Heb ik een paraplu nodig?
	I can’t find my umbrella.	Ik kan mijn paraplu niet vinden.
	I’m pretty sure that this is Tom’s umbrella.	Ik ben er vrij zeker van dat dit de paraplu van Tom is.