Understand spoken Dutch

"wanted" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
wanted wilde
What was it that you wanted? Wat wilde je?
Tom wanted to get back home. Tom wilde naar huis komen.
I didn’t want my mum to find out. Ik wilde niet dat mijn moeder erachter komt.
She didn’t want to sell the book. Ze wilde het boek niet verkopen.
Tom said he wanted revenge. Tom zei dat hij wraak wilde.
Once upon a time there was a prince who wanted to marry a princess; but it had to be a real princess. Er was eens een prins, die met een prinses wilde trouwen; maar het moest een echte prinses zijn.
So he came home again and was sad, because he really wanted to have a real princess. Zo kwam hij dan weer thuis en was treurig, want hij wilde toch zo heel graag een echte prinses hebben.
“Look, that is how it goes in the world now!“ said the mother of the ducklings, and she was sticking out her beak, because she also wanted the eel head. “ “Kijk, zo gaat het nu in de wereld!” zei de moeder der eendjes, en zij stak haar snavel al uit, want zij wilde de palingkop ook wel hebben.”
He didn’t want to insult her. Hij wilde haar niet beledigen.
a wild grab een wilde graai
I wanted to hire a coach. Ik wilde een touringcar huren.
I wanted to adjust it a bit. Ik wilde het een beetje aanpassen.
And she lit all the matches in the box, for she wished to keep her grandmother with her. En zij streek al de lucifers uit het doosje af, want zij wilde haar grootmoeder zo graag bij zich houden.
Yanni wanted to explore Algeria. Yanni wilde Algerije verkennen.
The taxi guy wanted to rip me off. De taxichauffeur wilde me oplichten.