Ik verwacht hem.
Verwacht je iemand?
Ze verwacht een kind.
ik breng
Ik help je.
Hou je van vis?
Breng het mij.
Ja, ik versta je.
Blijf daar staan.
Iemand, help me even.
Hou je van rundsvlees?
Wat versta ik niet?
Help me alstublieft!
Hou je van varkensvlees?
Van welke muziek hou je?
Verwacht je bezoek?
Nee, ik versta je niet.
Ik blijf vandaag thuis.
Help Maria om haar jas uit te doen.
Breng me naar de kerk, alstublieft.