Verbs (all parts) 71 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	to wiggle (long form)	te wriemelen
	a fried egg	een gebakken ei
	Tom struggled frantically.	Tom worstelde heftig.
	I like to eat fried eel.	Ik eet graag gebakken paling.
	You must acknowledge the truth.	Je moet de waarheid erkennen.
	Strange that they worship the sun.	Vreemd dat ze de zon aanbidden.
	It exploded with a loud noise.	Het ontplofte met een luide knal.
	but the Dutch created Holland	maar de Hollanders schiepen Holland
	I’m afraid he will never admit his guilt.	Ik vrees dat hij nooit zijn schuld zal erkennen.
	I think it will be powerful; at least it knows how to defend himself already.	“Ik denk, dat het wel krachtig zal worden; het weet zich ten minste nu al goed te verweren.”