Understand spoken Dutch

"to" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
He ordered me to stand up. Hij gaf me het bevel om op te staan.
My orders are to go with you. Ik heb het bevel om samen met jou te gaan.
He’s accustomed to traveling. Hij is gewend om te reizen.
You can’t be afraid to fail. U kunt niet bang zijn om te falen.
I know Tom will try to do that. Ik weet dat Tom zal proberen om dat te doen.
My parents advised me not to drive too fast. Mijn ouders hebben me afgeraden om te snel te rijden.
The doctor advised me not to consume too much sugar. De dokter heeft me afgeraden om te veel suiker te eten.
I advised her against walking alone in the park at night. Ik heb haar afgeraden om alleen ’s nachts door het park te wandelen.
Help Mary take her coat off. Help Maria om haar jas uit te doen.
instant handomdraai
The goal is to hit the target. Het doel is om het doel te treffen.
The teacher will encourage the students to ask questions. De leraar zal de leerlingen aanmoedigen om vragen te stellen.
We plan to have an old-fashioned Christmas dinner. We zijn van plan om een ouderwets kerstdiner te houden.
conspiracy to disseminate false information samenzwering met het oog om valse informatie te verspreiden
His arrogant behaviour made it difficult to collaborate with him. Zijn verwaand gedrag maakte het moeilijk om met hem samen te werken.
After years of operation, the owner has decided to sell the business. Na jaren van uitbating heeft de eigenaar besloten om het bedrijf te verkopen.
Does he have a chance of winning the election? Heeft hij een kans om de verkiezingen te winnen?
We should encourage each other to achieve our goals. We moeten elkaar aanmoedigen om onze doelen te bereiken.
Do you feel the urge to urinate more frequently? Voel je de drang om vaker te plassen?
I want to encourage my friend to go and exercise. Ik wil mijn vriend aanmoedigen om te gaan sporten.