meer dan twee jaar
ik was een kind en wist niet beter dan dat ’t nooit voorbij zou gaan
Ik hou meer van je dan van wie ook.
Wie zou je dan kunnen begrijpen?
“Wat is de wereld toch groot!” zeiden al de jongen; want nu hadden zij heel wat meer plaats dan in het ei.
De aarde is kleiner dan de zon.
Tom heeft minder kleding dan Mary.
Tom is hier langer geweest dan Mary.
Mary heeft meer kleren dan Tom.
Tom dronk meer dan Mary.
Tom eet meer spek dan Mary.
wijzer dan zij is niemand op de wereld
Jij weet meer over Tom dan wie dan ook.
Je zult toch wel niet wijzer willen zijn dan de kater en de vrouw.
Voorkomen is beter dan genezen.
voorkomen is beter dan genezen
hij meer geluid maakte dan verstandig was
deze klapten luider dan vroeger en droegen hem krachtig van daar
boog zijn kop voorover en verwachtte niets anders dan de dood
Tom verdient meer dan zijn ouders.