Numbers 11-20 1 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	one hundred and twenty (120)	honderdtwintig
	twenty-seven (27)	zevenentwintig
	one hundred and seventeen (117)	honderdzeventien
	I am twenty years old.	Ik ben twintig jaar oud.
	I’m eighteen years old.	Ik ben achttien jaar oud.
	I am 19 years old.	Ik ben negentien jaar oud.
	and I’m fourteen years old	en ik ben veertien jaar oud
	and I am fifteen years old	en ik ben vijftien jaar oud
	twenty to two	twintig voor twee
	It is twenty to two.	Het is twintig voor twee.
	2 p.m.	14h
	twenty thousand (20,000)	twintigduizend
	two thousand and twenty-one (2021)	tweeduizend eenentwintig
	two thousand thirteen (2013)	tweeduizend dertien
	nineteen fifty-three (1953)	negentienhonderddrieënvijftig
	six plus nine equals fifteen	zes plus negen is vijftien
	nineteen seventy-one (1971)	negentieneenenzeventig
	nineteen seventy-eight (1978)	negentienhonderd achtenzeventig
	nineteen eighty (1980)	negentientachtig
	nineteen sixty-seven (1967)	negentienzevenenzestig