Nouns 80 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the suspect	de verdachte
	the training	de opleiding
	the candidate	de kandidaat
	the speech	de toespraak
	the production	de productie
	the procedure	de procedure
	an education	een opleiding
	the consulate	het consulaat
	a consulate	een consulaat
	dairy products	melkproducten
	manufacturing sector	productiesector
	I work at the consulate.	Ik werk op het consulaat.
	food production	voedselproductie
	That plane is so ugly.	Dat vliegtuig is zo lelijk.
	presidential candidate	presidentskandidaat
	Can you tell us more about your products?	Kan je ons meer vertellen over je producten?
	Are there any tourists here this evening, by any chance?	Zijn er hier vanavond toevallig toeristen?