Understand spoken Dutch

"nobody" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Sort descending Status
Poverty is no hindrance to anyone who can be of use to the state, however low his prestige. Armoede is voor niemand die de staat van nut kan zijn een beletsel, hoe gering zijn aanzien ook is.
nobody benefits from that daar heeft niemand baat bij
No one’s home. Er is niemand thuis.
There is no one. Er is niemand.
It doesn’t hurt anyone after all! Het doet immers niemand kwaad!
It has not escaped anyone’s attention that energy costs have skyrocketed in recent months. Het is niemand ontgaan dat de energiekosten de afgelopen maanden de pan uit rijzen.
I couldn’t find anybody. Ik kon niemand vinden.
I wasn’t expecting anyone. Ik verwachtte niemand.
I won’t tell anyone. Ik zal het niemand vertellen.
Nobody else showed up. Niemand anders kwam opdagen.
Nobody understood me. Niemand begreep mij.
Nobody moved. Niemand bewoog.
No one wears jewellery anymore. Niemand draagt ​​nog sieraden.
Nobody’s going to believe this. Niemand gaat dit geloven.
No one had bought any from her the whole day, nor had anyone given her even a penny. Niemand had er de hele dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.
No one had bought one from her all day, no one had even given her alms. Niemand had er den heelen dag een van haar gekocht, niemand had haar zelfs een aalmoes gegeven.
No one could imagine the beautiful things she had seen, nor into what glory she had entered with her grandmother, on New Year’s Day. Niemand had er enig vermoeden van, wat al schoons zij gezien had, in welk een glans zij met haar grootmoeder het nieuwe jaar ingetreden was.
No one has phoned him. Niemand heeft hem gebeld.
No one ever taught me something like that. Niemand heeft me ooit zoiets geleerd.
No one can have it all. Niemand kan alles hebben.