de functie
dit project
Ga in je kamer spelen.
gebruikmaken
het gebruik
het project
i.f.v.
Ik denk dat jij dit niet zelf hebt gekocht.
Ik heb een auto maar ik gebruik hem bijna nooit.
Kan je ons meer vertellen over jezelf?
te spelen
Tom en Mary hebben een oude boerderij gekocht.
Waarom heeft Tom dit gekocht?
Wat heeft ze in de winkel gekocht?
Weet je waarom Tom dit gekocht heeft?
Wil je samen spelen?
Zullen we samen spelen?
“Wat is dat een verschrikkelijk groot eendje,” dacht zij; “geen van de anderen ziet er zo uit.”