Ik zal dit moeten melden.
Ik blijf vier nachten.
Ik wou dat iedereen dit wist.
Ik wou dat we konden helpen.
Ik wens je wat warmte in kil-grijze dagen.
ik zou wel willen, dat je dat eens wat anders kon maken
Ik wens je wat hoop en wat uitzicht op morgen.
Ik vraag me af wie er gaat winnen.
Ik ben benieuwd wie er gaat winnen.
Ik zal het niemand vertellen.
Ik zal niet voor Tom werken.
Ik werk op het consulaat.
Ik zou dankbaar zijn als je dat voor me zou willen doen.
Ik wil graag een afspraak maken.
Ik zou haar elke dag willen zien.
Ik zou dat wel eens willen zien.
Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om mijn wensen over te brengen.
Ik zou nu liever management doen.
ik schreef
Ik ben ook leraar.