"how" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Do you know how long the trip takes?	Weet u hoe lang het rijden is?
	Do you know what time the train leaves?	Weet jij hoe laat de trein vertrekt?
	How often have you been in the Netherlands?	Hoe vaak ben je in Nederland geweest?
	How do you know Tom?	Hoe ken je Tom?
	What time does it close?	Hoe laat gaat het dicht?
	What is your sister called?	Hoe heet je zus?
	What time is she going to Lyon?	Hoe laat gaat ze naar Lyon?
	No one knows how Tom got there.	Niemand weet hoe Tom daar terecht is gekomen.
	How often do you go swimming?	Hoe vaak ga je zwemmen?
	Don’t ask how I know that.	Vraag niet hoe ik dat weet.
	How do I get to the train station?	Hoe kom ik bij het station?
	How do I get to the bus station?	Hoe kom ik bij het busstation?
	Tom is the only one in our group who knows how to start a fire without matches.	Tom is de enige in onze groep die weet hoe hij vuur moet maken zonder lucifers.
	The more you drink, the less you eat.	Hoe meer je drinkt, hoe minder je eet.
	By the way, how old are you?	Trouwens, hoe oud ben je?
	How do I get to the centre?	Hoe kom ik bij het centrum?
	What time do you start work?	Hoe laat begint u met werken?
	How is your hand, by the way?	Hoe gaat het trouwens met je hand?
	What time is breakfast?	Hoe laat is het ontbijt?
	The sooner the better.	Hoe eerder hoe beter.