Understand spoken Dutch

"can (plural)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
She didn’t know what she could do here.

Ze wist niet wat ze hier zou kunnen doen.

People can’t live without water.

Mensen kunnen niet leven zonder water.

They can all drive.

Ze kunnen allemaal rijden.

We can go shopping later.

We kunnen later gaan winkelen.

We can see many stars tonight.

We kunnen veel sterren zien deze nacht.

We can change.

We kunnen veranderen.

I could use some advice.

Ik zou wat advies kunnen gebruiken.

Men can’t live without water.

Mannen kunnen niet leven zonder water.

It is sad that in the Netherlands, a country known as tolerant, parents cannot make this choice.

Het is verdrietig dat in Nederland, een land dat bekend staat als tolerant, ouders deze keuze niet kunnen maken.

They can’t build dikes.

Ze kunnen geen dijken maken.

Viruses can make you sick.

Virussen kunnen je ziek maken.

the following phases can be distinguished

de volgende fasen kunnen onderscheiden worden

Let’s see if we can get their attention.

Laten we kijken of we hun aandacht kunnen trekken.

The duckling expressed as his opinion, that it could be different, but the chicken was not able to do that.

Het eendje gaf als zijn mening te kennen, dat het toch ook wel eens anders zou kunnen zijn maar dat kon de kip niet velen.

Mom, can elephants fly?

Mama, kunnen olifanten vliegen?

They could have devoured us alive.

Ze hadden ons levend kunnen verslinden.

According to a study by Stanford University windmills can brave wind speeds of up to 180 km/h.

Volgens een onderzoek van de universiteit van Stanford kunnen windmolens windsnelheden tot 180 km/uur trotseren.

Let’s find a quiet spot where we can talk.

Laat ons een rustige plek zoeken waar we kunnen praten.

Some religious people can be very judgemental.

Sommige religieuze personen kunnen zeer veroordelend zijn.